Muziek maken met drumstokken of ritmestokjes

We lichten hier uit hoe je met drumstokjes, ritmestokjes, handen of zelfs pennen op een tafelblad mee kan spelen met al dan niet bekende muziek.

Ritme is wat er overblijft van een liedje als je de melodie weglaat en het alleen meeklapt. Soms hoef je niet het hele ritme te spelen, maar kan je een ritme kiezen dat leuk klinkt bij de muziek.

Je kan ervoor kiezen om mee te klappen, het ritme met bodypercussie te laten horen, of ritme-instrumenten te gebruiken. Het is ook erg leuk om drumstokken te gebruiken.

Filter op doelgroep
Filter op activiteit

Zeg Roodkapje

OB-MB-BB-ML

Hier vind je bladmuziek om het liedje “Zeg Roodkapje, waar ga jij henen” met boomwhackers te spelen.

Je kan het natuurlijk ook op toetsen spelen. Zet je duim dan op c, je wijsvinger op e, je ringvinger op g en je pink op a. De d speel je ook met je wijsvinger.

We eten fruit

OB-MB-BB

Een acteeroefening over fruit.

Een boomgaard…

Welke soorten fruit ken jij? Hoe groeien die soorten fruit?

Wat eet je het liefste en waarom? En wat vind je niet lekker en waarom?

We wandelen door een boomgaard.

Wat is dat?

In Hoorn heb je de Kersenboogerd. Het woord “boogerd” is een verbastering van “boomgaard.” Wat is een boomgaard?

Daar zien we fruitbomen.

Hoe groeit fruit eigenlijk?

We zien hoge appelbomen en lage appelbomen.

We pakken een ladder en zetten die tegen de hoogste boom.

Plotseling zegt de boom: als je mijn allerhoogste appel plukt, heb ik een verrassing.

We klimmen op de ladder en plukken de appel die het hoogste hangt.

De boom zegt: “Het is een toverappel. Als je hem vast hebt, krijgt hij je lieverlingskleur.”

Wat is jouw lievelingskleur?

“Eet hem maar op.” zegt de appel. En dan mag je een wens doen. Dan zorg ik dat die wens uitkomt.

Als de boom dat tegen jou zou zeggen, wat zou jij dan wensen?

We eten de appel op. Het sap druipt langs onze kin.

De boom vraagt:

“Hoe eet je druiven?

Hoe eet je pruimen?

Hoe eet je een mandarijntje?

Hoe eet je een banaantje?

Als we dat allemaal hebben laten zien, geven we de boom een knuffel.

We klimmen de ladder af.

Nou maar hopen dat onze wens werkelijkheid wordt!

De doedel op c

OB-MB-BB-ML

Hier leer je de doedel van c. Doedels zijn samenklanken. Ze bestaan uit 2 tonen.

Je gebruikt dus ook 2 toetsen, of je speelt de doedel met 2 boomwhackers, of op de metallofoon.

Bij een toetsinstrument druk je de toetsen vaak tegelijk in. Dan hoor je een klank die lijkt op de klank van een doedelzak. Daarom noem je zo’n samenklank een doedel.

Een chique woord voor doedel is “bourdon”. Zo’n samenklank wordt daarom ook wel eens een bourdonkwint genoemd.

Het woord “kwint” betekent: 5. Dat komt omdat er 1 vinger op een toets staat en de andere precies op de vijfde toets daarna.

Je kunt de tonen van een doedel ook ná elkaar laten horen. Je drukt de toetsen dan om de beurt in, of je slaat om de beurt op het metalen plankje van de metallofoon, of je gebruikt de boomwhacker van c en g om de beurt.

1. Speel een doedel van c met je rechterhand. Druk de c en g tegelijk in.

2. Speel een doedel van c met je linkerhand. Druk de c en g tegelijk in.

3. Speel je rechterhand en je linkerhand om de beurt. Eerst speelt rechts de doedel van c, daarna links.

4. Speel alleen met de rechterhand. Speel de c en g om de beurt. Je hoort: c,g,c,g,c,g enz.

5. Doe hetzelfde met je linkerhand. Je hoort: c,g,c,g,c,g enz.

6. Doe dit met twee handen tegelijk.

7. Doe het met beide handen omgekeerd. Dus als rechts de c speelt, speelt links de g.