Eten op mijn bord

Vandaag lichten we voedsel uit. Andere woorden voor voedsel zijn: voeding en eten. We hebben voedsel nodig. Mensen eten allerlei soorten voedsel. Al die etenswaren komen ergens vandaan. Ieder eten dat jij op je bord krijgt, is daar terechtgekomen doordat veel mensen er werk voor hebben verzet en er liefde in hebben gestopt. Het is niet erg aardig en netjes om je neus op te halen voor eten.

We beginnen met een lied over het eten op je bord. Onderaan vind je nog meer materiaal dat je kan gebruiken in een project over voeding.

Ingezongen versie
OB-MB-BB-BBS

Eten ! Eten op je bord.
Proef maar hoe dat smaakt.
En bedenk bij elke hap
Aan de reis die het heeft gemaakt.

Aan de mens die het zaait,
Die het oogst, die het slacht,
Die het inpakt, vervoert,
Het recept heeft bedacht.
Dus als jij iets niet graag lust.
Wacht dan eventjes een tel.
Dan….
Dank je wel.

Eten ! Eten op je bord.
Proef maar hoe dat smaakt.
En bedenk bij elke hap,
Aan de reis die het heeft gemaakt.

Aan de de mens die het koopt,
Het betaalt en het bakt.
Er is heel wat gebeurt
Voordat jij ervan pakt.
Dus als jij iets niet graag lust.
Wacht dan eventjes een tel.
Dan….
Dank je wel.

Waar komt het eten op je bord eigenlijk vandaan?

Dat is een goede onderzoeksvraag! Soms zijn het producten uit ons eigen land en soms komen de levensmiddelen uit andere landen. Soms zijn ze direct klaar om op te eten, maar soms moet het eten nog bewerkt worden. Het eten moet vaak vervoerd worden. Soms ligt het op veilingen. Soms kan je de voedingsmiddelen bij de boer zelf kopen, maar vaak moet je naar een speciale winkel. Dat kan een supermarkt zijn of een speciaalzaak.

Hoe eet je…… Een acteeropdracht.

Hoe dan ook…Natuurlijk zijn er best dingen die je niet lust. Kun jij dingen opnoemen? Wat vind je er niet fijn aan? De geur? De smaak? Het mondgevoel? Probeer jij altijd alles? Toon Hermans laat zien hoe je een perzik eet. Hij gebruikt mime. Hij praat niet, maar beeldt het gewoon uit. Laten wij dat ook proberen.

  • Hoe eet je een augurk?
  • Hoe eet je patatjes?
  • Hoe eet je een stukje vis?
  • Hoe eet je een rauwe haring?
  • Hoe eet je een stokje saté?
  • Hoe eet je een boterham?
  • Hoe eet je een appel?
  • Hoe eet je rozijntjes?
  • Hoe eet je een lolly?
  • Hoe eet je spaghetti?
  • Hoe eet je pap?
  • Hoe eet je een ijsje?

Acteeropdracht 2: spreekwoorden en gezegden uitbeelden.

Spreekwoorden en gezegden gebruiken figuurlijke taal. Ken je het verschil tussen figuurlijk (symbolisch) of letterlijk (helemaal echt)? De volgende spreekwoorden en gezegden gaan over eten. We gaan ze uitbeelden alsof het letterlijk (dus alsof het echt) gebeurt. Dat kunnen we klassikaal doen, terwijl we in de kring staan. Alle spreekwoorden kunnen opgeschreven worden en in een doos gedaan worden. Telkens pakt iemand een spreekwoord uit de doos en probeert dat uit te beelden. Kennen mensen dat spreekwoord? Wat wordt er met elk spreekwoord bedoeld?

Uitbeelden gezegden (letterlijk en figuurlijk):

  • De appel valt niet ver van de boom
  • Eten als een varken
  • Hij laat zich de kaas niet van het brood eten.
  • Hij moet droog brood eten.
  • Roet in het eten gooien.
  • Wat de boer niet kent, dat eet hij niet.
  • Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.
  • Ik heb honger als een paard.
  • Met iemand een appeltje te schillen hebben
  • Door de zure appel heen bijten
  • Met de gebakken peren zitten
  • Dat is mosterd na de maaltijd
  • Een vinger in de pap hebben
  • Roet in het eten gooien
  • Met je neus in de boter vallen
  • Het is weer koek en ei
  • Iets voor een appel en een ei kopen
  • Er geen kaas van gegeten hebben
  • Peentjes zweten
  • Op eieren lopen
  • Iemand stroop om de mond smeren
  • Dat is gesneden koek
  • De krenten uit de pap vissen
  • De soep wordt nooit zo heet gegeten als hij wordt opgediend
  • Iets met een korreltje zout nemen
  • Dat is in de soep gelopen

Meer materiaal over eten

Filter op doelgroep
Filter op activiteit

Knor, knor, zegt mijn maag

OB-MB-BB-OBS-BBS-ML

In dit liedje leer je een akkoord spelen in een 2-telsmaat. De eerste drie regels hebben hetzelfde ritme. De laatste regel is net even anders. Iedereen kan een lage c, een e-, een g-, of een hoge c-boomwhacker in zijn hand houden.

  • Dan kan iedereen het ritme eerst tegelijk spelen.
  • Daarna kan het liedje gespeeld worden in de volgorde.
  • Er kan ook steeds een groep meer mee gaan doen.

Muziekpraatplaat, lied, muziek Fruithap: c d e f g

OB-MB-BB-ML

Fruithapje is een liedje om te zingen tijdens het fruit eten, of om mee te spelen op boomwhackers, toetsen of metallofoon. Als je in de bovenbouw zit, vind je het misschien geen leuk lied om te zingen, maar wel om als oefening te spelen.

Kijk eerst welk fruit de kinderen eten en luister naar het liedje.
Kun je raden welk fruit dit is?

Peer, peer, vol van sap. 

Peer, peer, hap, hap, hap. 

Appel, appel, vol van sap. 

Appel, appel, hap, hap, hap.

Kersen, pruimen, bramen, bessen, vol van sap. 

Kersen, pruimen, bramen, bessen, hap, hap, hap!

 

Je kan de ritmes van de verschillende coupletten vergelijken. Het ritme van de liedjes is drie keer anders. Je kan het op toetsen spelen, of op boomwhackers of metallofoons.

Een rondje is 1 tel. Een ovaaltje 2 tellen.

De twee kleine puntjes krijgen elk een halve tel. Ze moeten samen dus één tel delen. Ze passen samen in één rondje.

Eet gezond

OB-MB-BB-SO

Samen aan tafel… dat vindt bijna iedereen gezellig. De meeste mensen in Nederland hebben de mogelijkheid om goed en voldoende te eten. Helaas nog niet iedereen. Goed eten is wel erg belangrijk.

Ingezongen versie
Karaoke versie

Eet gezond !

Stop niet alles in je mond.

Niet te vet. (Niet te veel) (Niet te zout)

Niet te zoet.

Dan doe je het goed !

Wat vind jij gezonder en waarom?

Praatje over gezond eten

Maar wat is nou eigenlijk gezond eten? Daar zijn de experts het nog niet over eens. En de rest van de mensen ook niet.

Sommige mensen vinden dat groente, fruit, aardappelen, rijst, vetten en vlees bij een gezond leefpatroon horen.

Sommige mensen eten geen vlees. Je noemt die mensen vegetariërs.

Mensen die helemaal geen dierlijke producten eten en drinken (dus bijvoorbeeld ook geen eieren of melk) noem je veganisten.

Andere mensen vinden dat je niet teveel koolhydraten moet eten (dat zit in granen en aardappels bijvoorbeeld).

Er zijn ook mensen die een dieet moeten volgen, omdat ze voor sommige producten allergisch zijn. Sommige mensen verdragen geen zuivel, geen noten of geen gluten.

Over een paar dingen zijn de meeste mensen het wel eens: teveel eten is niet goed voor je én teveel suikers zijn niet goed voor je. De meeste mensen vinden ook dat je genoeg groente moet eten en ook regelmatig fruit.

Maar… als iets niet gezond is, mag je het dan nooit eten of drinken?

De appelboom

OB-MB-BB-ML

Een traditioneel Engels volksliedje. Er horen bewegingen bij.

Bewegen: je kan het als een klapspelletje spelen. Als je het zingt, sta je tegenover elkaar en klapt schuin over. Bij de woorden “één voor jou” of in het Engels: “one for you” stop je met klappen; je wijst de ander aan. En bij de woorden “een voor mij” oftewel “one for me”, wijs je jezelf aan.

Je kan het ook spelen op bijvoorbeeld toetsen of boomwhackers. : c d e f g a

Ga er eerst maar eens naar luisteren.

Schud, schud de appelboom. Mooie rode appels.

Schud, schud de appelboom. Mooie rode appels.

Eén voor jou, één voor mij. Schud, schud de appelboom. 

Eén voor jou, één voor mij. Appels voor allebei. 

Eigenlijk is dit een Engels liedje. Bovenbouwers kunnen het liedje ook in het Engels zingen.

Shake, shake the appletree.. apples red and rosy.

Shake, shake the appletree.. apples red and rosy.

One for you. One for me.

Shake, shake the appletree.

One for you. One for me.

Shake, shake the appletree.

We hebben het ritme iets eenvoudiger gemaakt. Zo kan het goed op toetsen of boomwhackers gespeeld worden. Zeker in de herfst.

Als je het stukje op toetsen speelt, zet je je duim op c. Op elke toets staat dan een vinger.

In de derde regel schuift je hand op. De pink van je rechterhand staat dan op de hogere a.

In de vierde regel schuif je terug.

Hieronder staat het stukje in letters genoteerd. Je kan het ritme nu niet meer zien, maar dat heb je boven al geoefend.

Wel kan je in dikke letters de namen van de doedels, of akkoorden zien die er mooi bij klinken.

Je kan een vriend of vriendin vragen om dit te spelen, of je kan proberen om het zelf te doen met je linkerhand.

De tekst is een klein beetje anders, maar dat maakt niet uit voor het liedje.

Succes!

Ranzige smurrie

OB-MB-BB-BBS

Dit lied gaat over het eten aan boord van een VOC schip. Deze schepen voeren in de 17e eeuw naar verre landen om specerijen en luxe artikelen te halen.

Van dit liedje is er nog geen ingezongen versie. Als je dat graag wil, stuur dan een mailtje naar info@kzing.nl

Ranzige smurrie in een houten bak.
Pak je tinnen lepel maar. Pak je tinnen lepel maar.
Ranzige smurrie in een houten bak.
Pak je tinnen lepel maar en smak, smak, smak.

Bah, dat eten smaakt me niet zo goed.
Honger, honger, maakt rauwe bonen zoet.

Water met beestjes, jakkes dat is goor.
Drink maar door je tanden heen. Drink maar door je tanden heen.
Water met beestjes, jakkes dat is goor.
Drink maar door je tanden heen en slik maar door.

Bah, dat eten smaakt me niet zo goed.
Honger, honger, maakt rauwe bonen zoet.

Aan boord van een VOC schip moesten mensen eten en drinken, want het duurde plusminus negen maanden voordat je weer thuis was. Er waren honderden bemanningsleden aan boord. Er werd drinkwater en eten meegenomen. Veel eten aan boord was vet en zout en het was niet vers, waardoor er weinig vitamines in zaten. Door het gebrek aan vitamine c kregen de bemanningsleden scheurbuik. Dat betekende niet dat hun buik scheurde, maar dat ze heel ziek werden. Het begon met bloedend tandvlees en eindigde vaak met de dood. Tegenwoordig komt deze ziekte niet vaak voor, omdat mensen fruit en groenten eten. Toen men zuurkool ging meenemen en tussendoor vers eten ging inslaan, werd dit beter.Het eten bedierf aan boord ook vaak. In de tonnen met vlees zaten vaak maden en in het water zaten wurmpjes. Je moest het dan ook zeven. Men dronk liever bier, maar ook dat werd tijdens de reis slechter. Wijn en jenever bleven natuurlijk goed, maar dat lest de dorst te weinig.

Er was een vast menu aan boord van zo’n schip voor de arme mensen “voor de mast”. Zo kon de Compagnie goedkoop eten inslaan. In de morgen aten ze meestal gortepap, soms met pruimen en boter. ’s Middags at men warm eten. Meestal rijst, bonen, erwten met stokvis, rundvlees of varkensvlees. Dat vlees werd gezouten meegenomen. Dat noem je pekelen. Zout zorgt ervoor dat eten niet bederft. In de avond at men de restjes op van het middageten. Verder aten mensen nog scheepsbeschuit, kaas en mosterd. De rijke mensen bleven “achter de mast”. Zij hadden veel beter eten. Er was honing, stroop, rozijnen, komijnenkaas en soms waren er levende dieren aan boord die geslacht werden. Maar ook voor hen was het eten minder dan wanneer ze aan land waren.

Vaak raakte het eten op. Dat werd iedereen op rantsoen gezet. Soms was de honger zo groot dat bemanningsleden zelfmoord pleegden.

Mooie appel

MB-BB

Op deze pagina leer je het liedje van de mooie rooie (rode) appel. Het is een herfstliedje. De herfst wordt ook wel eens de oogsttijd genoemd. Weet jij waarom?

Er hoort een klapspelletje bij dit liedje. Je klapt met de tellen mee. Lukt jou dat? Onder het liedje wordt dit spelletje uitgelegd.

Ik heb een mooie rooie appel.

Ik liep naar school toen ik hem vond,

want hij was van de boom gevallen

en lag zo zielig op de grond.

En z’n wangetjes die glommen, blonken in de herfstzon.

En z’n steeltje was precies zo dat ik hem net pakken kon.

Ik heb een mooie rooie appel.

Ik stop hem lekker in mijn mond.

Shake, shake the appletree.. apples red and rosy.

Shake, shake the appletree.. apples red and rosy.

One for you. One for me.

Shake, shake the appletree.

One for you. One for me.

Shake, shake the appletree.

Ik heb een mooie rooie appel.

Hij was te lekker dat verklaart,

waarom ik hem heb opgegeten.

Oh, had ik hem nu maar bewaard.

Maar z’n wangetjes die glommen, dus ik nam een grote hap

en het vruchtvlees was zo sappig, heel mijn mond vol appelsap..

Als ik hem mama had gegeven, 

at ik vanavond appeltaart…

In het liedje van Kzing zit een stukje van een volksliedje uit Engeland: S”hake the appletree”. Tijdens dit stukje tekst gaan twee kinderen tegenover elkaar staan om een klapspelletje te doen. Het is leuk om schuin over te klappen, maar leerlingen uit groep 1 en 2 kunnen ook eerst in de eigen handen klappen en daarna recht tegen de handen van hun overbuurman of overbuurvrouw.

Je kunt bij dit liedje ook de acteeroefening over fruit eten doen.

We eten fruit

OB-MB-BB

Een acteeroefening over fruit.

Een boomgaard…

Welke soorten fruit ken jij? Hoe groeien die soorten fruit?

Wat eet je het liefste en waarom? En wat vind je niet lekker en waarom?

We wandelen door een boomgaard.

Wat is dat?

In Hoorn heb je de Kersenboogerd. Het woord “boogerd” is een verbastering van “boomgaard.” Wat is een boomgaard?

Daar zien we fruitbomen.

Hoe groeit fruit eigenlijk?

We zien hoge appelbomen en lage appelbomen.

We pakken een ladder en zetten die tegen de hoogste boom.

Plotseling zegt de boom: als je mijn allerhoogste appel plukt, heb ik een verrassing.

We klimmen op de ladder en plukken de appel die het hoogste hangt.

De boom zegt: “Het is een toverappel. Als je hem vast hebt, krijgt hij je lieverlingskleur.”

Wat is jouw lievelingskleur?

“Eet hem maar op.” zegt de appel. En dan mag je een wens doen. Dan zorg ik dat die wens uitkomt.

Als de boom dat tegen jou zou zeggen, wat zou jij dan wensen?

We eten de appel op. Het sap druipt langs onze kin.

De boom vraagt:

“Hoe eet je druiven?

Hoe eet je pruimen?

Hoe eet je een mandarijntje?

Hoe eet je een banaantje?

Als we dat allemaal hebben laten zien, geven we de boom een knuffel.

We klimmen de ladder af.

Nou maar hopen dat onze wens werkelijkheid wordt!

Pannenkoeken

OB-MB

Dit lied gaat over Pannenkoeken. Als je naar het filmpje kijkt, kan je ook zien welk dansje je erbij kan doen.

Pannenkoeken zijn erg lekker. Weet jij hoe je pannenkoeken bakt? Welke ingrediënten heb je ervoor nodig?

Je kan hartige en zoete pannenkoeken eten. Wie kan uitleggen wat het woord “hartig” betekent. Welke hartige pannenkoeken eet jij wel eens? En als je zoete pannenkoeken eet, wat doe je er dan op?

Vind jij pannenkoeken gezond eten, of niet?

Mama, ik ben op dieet.

Weet je wat ik voortaan eet?

Pannenkoeken. Is dat goed?

Lekker hartig of lekker zoet.

Pannenkoek met spek. Pannekoek met kaas.

Pannenkoek met suiker, maar dan zit ik vol, helaas.

Hieronder vind je de karaokeversie

Hieronder vind je het recept voor pannenkoeken:

De ingrediënten:

  • 2 eieren
  • 250 gr bloem
  • 500 ml melk
  • snufje zout
  • boter of margarine om in te bakken
  • sommige mensen doen ook een heel klein beetje suiker in het beslag van zoete pannenkoeken, maar suiker is niet zo gezond voor je. Je kan het prima weglaten.

Meng de eieren, de bloem, melk en een snufje zout tot een super glad beslag.

Als alle klontjes zijn verdwenen, kunnen de pannenkoeken gebakken worden.

Verwarm een beetje boter of margarine in een pan.

Wacht even totdat de pan goed warm is, en verdeel dan met bijvoorbeeld een soeplepel wat beslag in het midden van de pan.

Beweeg je pan een beetje heen en weer zodat het beslag over de hele pan verdeeld is.

Bak de pannenkoek ongeveer 2-3 minuten totdat de bovenkant droog is.

Draai de pannenkoek om en bak de pannenkoek nog ongeveer 1-2 minuten aan de andere kant.

Schrik niet als de eerste pannenkoek mislukt. Dat gebeurt zelfs bij ervaren koekenbakkers. Als je pan heter is, zal het beter gaan!

Als je beslag klaar is, kan je er ook fijngesneden uitjes en geraspte aardappel doorheen doen. Als je dat beslag bakt, krijg je aardappelpannenkoekjes. Vlak voordat ze klaar zijn, kan je daar ook wat kaas op laten smelten.

Weet je wat je ook op een pannenkoek kan doen?

  • kaas
  • ham
  • ham en kaas
  • spek
  • stroop
  • chocoladepasta
  • jam
  • (poeder)suiker en kaneel
  • plakjes banaan en chocoladepasta
  • aardbeien en ijs

Smakelijk eten!

Herfstverhaal

Hogere groepen MB- BB

Verzin in groepjes van vier een toneelstukje over de herfst.

We gaan onze fantasie gebruiken om zelf een herfstverhaal te verzinnen waarin ook planten voorkomen. Dat verhaal gaan we acteren… oftewel… we gaan zelf een toneelstuk verzinnen.

Er zijn een paar regels:

  1. Het verhaal speelt zich af in het bos
  2. In het verhaal moeten deze vier zinnen voorkomen:
  • Het bos, natuurlijk!
  • Maar waarom dan?
  • Lust jij geen appeltaart?
  • Draag dan ook laarzen!
Het bos natuurlijk!
Lust jij geen appeltaart?
Maar waarom dan?
Draag dan ook laarzen !

Hoe pak je dit aan?

  • Verzin welke personages jullie zijn.
  • Verzin waar het verhaal zich afspeelt.
  • Verzin of het zich afspeelt in het verleden, het heden of de toekomst.
  • Zorg dat jullie toneelstuk een begin, een midden en een eind heeft.
  • Spreek luid en duidelijk, zodat je publiek je kan horen.
  • Zorg ervoor dat het publiek je kan zien.
  • Gebruik lichaamstaal en mimiek.

De chirurgijn

MB-BB

Even een beetje geschiedenis: in de 17e eeuw had je hele andere beroepen dan tegenwoordig. Chirurgijn was er daar één van. In de tijd van de Verenigde Oostindische Compagnie, de V.O.C., gingen sommige mensen op een schip naar een ver land. Ze kochten spullen om in ons land te verkopen. Als een zeeman ziek werd, ging hij aan boord naar de chirurgijn. Maar de geneeskunst was nog niet zover als nu en die dokter had niet altijd een goed medicijn! Ze hadden soms rare oplossingen voor kwaaltjes. Scheurbuik was een kwaal die kwam door te weinig vers voedsel aan boord.

Hieronder vind je een liedje uit de musical “Naar Toen en Verweggistan”.

De ingezongen versie
karoke versie

Heb je een autje of hevige pijn?
Ga dan maar gauw naar de chirurgijn,
want hij heeft een drankje, dat helpt altijd.
Zo raak je zeker je pijn wel weer kwijt.

Hij drukt op je buik. Hij blaast in je oor.
Maar pech, als je scheurbuik hebt; daar heeft hij niets voor!

Dus: Heb je een autje of hevige pijn?
Ga dan maar gauw naar de chirurgijn,
want hij heeft een drankje, dat helpt altijd.
Zo raak je zeker je pijn wel weer kwijt.

Een stevig verband. Een klap voor je kop.
Misschien wel een bloedzuiger. Daar knap je van op…

Dus: Heb je een autje of hevige pijn?
Ga dan maar gauw naar de chirurgijn,
want hij heeft een drankje, dat helpt altijd.
Zo raak je zeker je pijn wel weer kwijt.

In de tijd van de V.O.C. (ongeveer de hele 17e eeuw) heetten de dokters “chirurgijnen”. Daar komt ons woord “chirurg” vandaan. Meestal waren het mannen. Maar er is sprake van in ieder geval één vroege vrouwelijke chirurgijn in Amsterdam: Trijn Jacobs. (Zij was dus eigenlijk al arts, voordat Aletta Jacobs dat was, die hierom bekend staat.) Een heel geëmancipeerde vrouw, eigenlijk. Onder deze link kun je meer over haar lezen.

Ben jij niet blij dat jij nu leeft?

In die tijd hadden ze natuurlijk nog niet zoveel kennis van het menselijk lichaam en van medicijnen. Ze hadden dan soms ook hele rare behandelingen. Zo plaatsten ze bloedzuigers op het menselijk lichaam, om mensen beter te maken.

Zo’n reis duurde lang. Mensen hadden dan geen verse groenten aan boord. Ze kregen dan een ziekte die “scheurbuik” heette. Het duurde heel lang voor de dokters wisten dat dit door een gebrek aan vitamine C kwam.

Gelukkig maar dat wij nu leven en goede dokters hebben!