Het Wilhelmus

MB-BB-BBS-ML

Leer dit lied spelen en zingen.

Zing het eerste couplet van het Nederlandse volkslied

Wilhelmus van Nassouwe ben ik van Duitsen bloed.

Den vaderland getrouwe, blijf ik tot in den doet. (dood)

Een Prinse van Oranje blijf ik, vrij onverveerd.

Den koning van Hispanje, heb ik altijd geëerd.

Sinds 1932 is het Wilhelmus officieel het Nederlandse volkslied, maar het werd daarvoor ook al gezongen. Het is eigenlijk een echt geuzenlied, dat stamt uit de tijd van de 80-jarige oorlog.

Men denkt dat het één van de oudste volksliederen van de wereld is. (Het volkslied van Japan is ouder.)

Soms was het lied populair en soms niet. Vaak vonden mensen die niet zo koningsgezind waren het niet zo’n fijn lied. Het werd meestal door mensen gezongen die fan waren van het koningshuis.

Wie is die Wilhelmus nou?

Wilhelmus van Nassouwe, is Willem van Oranje, ook wel de Prins van Oranje, Willem de Zwijger of de Vader des Vaderlands genoemd. Hij was natuurlijk niet écht ieders vader, maar men voelde zich zo verbonden met de koning als met een vader.

Willem van Nassau is inderdaad die man die bekend is van de 80 jarige oorlog. Hij is een voorvader van Koning Willem Alexander. Het Wilhelmus heeft wel 15 coupletten. Alle eerste letters vormen samen de naam Willem van Nassov. Zoiets heet een acrostichon. oftewel een naamdicht.

Je komt zijn naam tegen geschreven met een o en met een a. De u aan het eind werd soms als v geschreven. Dat komt doordat ze heel vroeger de Romeinse v schreven in plaats van een u. En de coupletten die met s beginnen, beginnen nu met een z. )

Juf Ellis heeft een makkelijke speelversie voor jullie gemaakt. Hieronder zie je de namen van de tonen staan. Er staat ook een vingerzetting bij, als je het graag op toetsen zou willen spelen. Eronder staan de akkoorden.

Het eerste couplet zie je bij de muziek staan. Het woordje “dood” wordt soms uitgesproken als “doed”, omdat dat rijmt op bloed en omdat dat heel lang geleden ook wel zo werd uitgesproken. De meeste mensen zingen tegewoordig “dood”.

Je kan niet met de melodie boven meespelen, omdat het daar in een andere toonsoort staat. Hier begint het lied op een lage g en daarna komt de centrale c.

Hoe zing je het volkslied?

In Nederland hoef je niet je hand op je hart te houden als je het volkslied zingt. Je staat wel op en staat dan gewoon netjes stil. Gekheid maken en giebelen, wordt niet gewaardeerd. Het is wel de bedoeling dat je als Nederlander meezingt. Het wordt meestal niet netjes gevonden om het volkslied van een ander land mee te zingen. Dus als het volkslied van Frankrijk klinkt en je kent de woorden toevallig, zing je niet mee.

Waarom is dit lied nou het volkslied geworden?

De melodie

De melodie is gepikt van een spotliedje: o la folle entreprise du prince de Condé. Dat zongen de hugenoten al in 1568 en het werd in 1574 al opgeschreven. Dit eenvoudige melodietje werd in de 17e eeuw met een soort add-lips versierd. De melodie van het Wilhelmus klinkt niet erg modern. Melodieën van volksliederen zijn vaak erg “gedragen”, dat betekent langzaam en deftig. Zo kan een hele grote groep het samen zingen. Tegenwoordig wordt het arrangement ook wel eens wat moderner gemaakt.

Het volkslied past wel een beetje bij het karakter dat veel Nederlandse mensen hebben. We houden vaak nogal van onze vrijheid en houden er niet van als andere mensen de baas spelen.

Wat betekenen die woorden nou?

Als je de woorden van Het Wilhelmus zingt, klinken de woorden ook ouderwets. Het lijkt haast wel een andere taal. Dat komt doordat het oud Nederlands is. De taal is natuurlijk in die tijd wel veranderd. In sommige periodes kwamen er Franse leenwoorden bij. Tegenwoordig komen er bijvoorbeeld veel Engelse leenwoorden bij.

Het lied wordt als het ware door Willem gezongen. Hij zegt: Wilhelmus van Nassou ben ik, van Duitsen bloed. Ik blijf altijd mijn vaderland (Nederland) trouw, totdat ik dood ga. Als prins van Oranje blijf ik vrij en zonder angst. De koning van Spanje (Hispanje) heb ik altijd gerespecteerd.

Willem van Oranje was eerst stadhouder. Dat betekende: plaatsvervanger voor de echte regeerder. Eerst was dat de Duitse keizer Karel de vijfde. Toen die overleed, kreeg Philips van Spanje zijn baan. Toen was Philips dus de baas van Willem van Oranje. Ze konden het over sommige dingen niet eens worden.

In Nederland was in die tijd al Godsdienstvrijheid. Karel vond dat goed, maar Philips wilde dat iedereen katholiek werd. In Nederland waren toen veel mensen protestant. Ook ging het om geld. De staten van Nederland mochten zelf hun wetten maken en belasting heffen. Dat vond Philips ook niet meer goed. Zo ontstond de 80 jarige oorlog.

Je hoort aan het lied dat Willem ermee worstelt dat hij Koning Philips moet dienen. Hij voelt zichzelf vooral een gelovige Nederlander. Het lied is dus een soort geuzenlied. De mensen die “voor de prins” waren, zongen het graag. De mensen die voor Philips waren, liever niet. In volgende coupletten geeft hij aan dat geloven in God belangrijk voor hem is.

Maar in de tweede wereldoorlog kreeg het lied dus een heel ander gevoel. Iedereen zong het, om aan te geven dat ze samen tegen de toenmalige bezetter waren. Het gaf de mensen een gevoel van -wij samen tegen de bezetter- en dat steunde de mensen.

Wij gebruiken het tegenwoordig ook op plekken waar we een gevoel van – wij Nederlanders samen- willen hebben.

Behalve het eerste couplet, werd vroeger ook vaak het zesde couplet gezongen. Als je op het plaatje van Willem van Oranje klikt, iets verder naar onder, kun je dat horen.

Mijn schild ende betrouwen
zijt Gij, o God mijn Heer,
op U zo wil ik bouwen,
Verlaat mij nimmermeer.
Dat ik toch vroom mag blijven,
uw dienaar t’aller stond,
de tirannie verdrijven
die mij mijn hart doorwondt.

Maar dat gebeurt tegenwoordig juist weer niet als er op de bijeenkomst mensen zijn die niet gelovig zijn. Het volkslied moet verbroederen en niet juist voor ruzie zorgen.

Zelfs de Nederlanders die liever geen koningshuis meer zouden zien, hebben vaak een positief gevoel bij de kleur oranje. Denk maar aan het Nederlands elftal en de hoeden en kleren die we met Koningsdag dragen etc. Daarom zingen we dus bij bijzondere gebeurtenissen meestal samen het volkslied. Het is een soort “weeksluitinglied”… een lied dat aangeeft dat je bij elkaar hoort.

Op Koningsdag 2020 (27 april 2020) konden we bijvoorbeeld geen feest vieren met elkaar, door Covid. Toch klonk het volkslied! Het Concertgebouworkest had namelijk een goed plan. De musici stelden voor om 10.00 in de ochtend samen het Nederlandse Volkslied te zingen en te spelen vanuit ramen, balkons en tuinen. Ze hoopten dat dat een gevoel van verbondenheid geeft, in deze tijden.

Als je meer van Geuzenliederen wil weten, kijk dan eens hier:

Geuzenliederen