Tjonge, wat een kou!

OB-MB-BB

Dit is eigenlijk een soort volksdans. Het is heel simpel en iedereen kan meedoen. Soms denken mensen dat ze er te groot voor zijn, maar als ze zien hoeveel plezier iedereen heeft met deze dans, doen ze altijd graag mee, van jong tot oud. Eigenlijk is het een lied, een klapspel en een dans ineen.

Tjonge, jonge, wat een kou… Ik pak de slee en ik vraag aan jou:

Wil jij bij mij op de slee? Stap maar op en glij maar met mee.

Met z’n tweeën lekker sleeën, ‘k hou me vast aan jou.

Als je valt zijn je billen lekker blauw.

Met z’n tweeën lekker sleeën, ‘k hou me vast aan jou.

Als je valt zijn je billen lekker blauw.

Hieronder staat de karaoke versie van het lied

De dans:

De kinderen staan in twee rijen en kijken elkaar aan. Er ontstaat een lange dubbele sliert met kinderen, die twee aan twee tegenover elkaar staan.

Bij de coupletten klappen de leerlingen tegen elkaars handen, net zoals bij “Papegaaitje leef je nog. De leerlingen kunnen kruislings klappen, maar ook recht.

Bij het stukje “Met z’n tweeën, lekker sleeën..”  doen alle kinderen in de rij een stap naar achter. Zo ontstaat er een soort lange “poort.”

Het achterste tweetal pakt elkaar bij de handen en danst door die “poort”. De andere kinderen klappen ondertussen in hun handen.

Uiteindelijk sluit het dansende koppel aan de andere kant weer aan in de dubbele rij. De andere kinderen doen bij het nieuwe couplet weer een stap naar elkaar toe.

Het spel kan opnieuw beginnen.