Spinnen

MB-BB

Een spin is een kriebelbeestje. Ben jij bang voor kleine beestjes? Of vind je het juist prima dat ze er zijn? Hier vind je een doorgecomponeerd liedje over spinnen. Eventueel te combineren met twee beweegopdrachten.

De ingezongen versie …
De karaoke versie

Spinnen, spinnen, weven hun web.
In oktober gebruiken de spinnen de struiken
en weven en leven in webben gevangen.
Ragfijn, ragfijn.
Een druppel dauw valt zacht in hun web
en ik zou zo graag een druppeltje dauw
in een web van een spin in oktober zijn……

Wat is doorgecomponeerd ?

Dit is een doorgecomponeerd lied. Dat wil zeggen dat er geen indeling is in coupletten en refreinen. Het is één lang lied, dat achter elkaar doorgaat.

Over spinnen

Dit liedje gaat over spinnen. Spinnen zijn er in soorten en maten.

In Nederland zijn er geen giftige spinnen. Misschien vinden sommige mensen dat ze er eng uitzien, maar ze doen ons niets. Ze hebben meer reden om bang voor ons te zijn, dan wij om bang voor hen te zijn. Ze zijn bovendien erg nuttig in de natuur. Ze ruimen veel andere insecten op.

Spinnen weven webben. Daar laten ze, heel stiekem, andere insecten over struikelen en ze vangen er ook insecten in.

Wie weet hoe een spin een web kan weven tussen twee takken? Dat is nog eens een leuke onderzoeksvraag!

En hoe zien spinnenbaby’tjes eruit?

Misschien is het leuk om eens wat meer onderzoek te doen naar spinnen. We kunnen er natuurlijk ook een mooi herfstlied over zingen, zoals het lied hierboven.

Bewegen; in de knoop, uit de knoop (je hebt vrije ruimte nodig… dit kan bijvoorbeeld buiten gebeuren, om nog even van het mooie weer te genieten.)

Een goede oefening om leerlingen wat vrijer met elkaar te maken. Handig aan het begin van een schooljaar bijvoorbeeld. Alle leerlingen staan in een kring en houden elkaars handen vast. Eén persoon maakt de kring open en pakt de hand van één leerling. Daarna gaat hij de lange slinger “in de knoop” brengen. Hij weeft als het ware een web van de kinderen. Dan zorgt hij dat de twee uiteindes van de knoop elkaars handen weer vastpakken. De groep heeft de opdracht om door samenwerken weer één lange slinger te worden. Tussendoor mogen de handen natuurlijk niet losgemaakt worden.

Bewegen; touwtje springen met een liedje

Bij het buitenspelen, of het gymmen kan je een beetje spin spelen. Je neemt een lang touw; het liefst een echt springtouw. Twee kinderen draaien aan het touw, ieder aan een kant. De andere kinderen proberen “in te springen.” De groep zegt:

In, spin, de bocht gaat in. Uit spuit, de bocht gaat uit.

Dan moet het kind weer uit “het web” springen. Dan zeg je het versje weer op en bij “In spin, de bocht gaat in” springt het volgende kind in. En zo ga je maar door.