Over de lente

Op deze pagina vind je informatie over de lente en ook materiaal dat daarover gaat. Meestal wordt er gezegd dat de astronomische lente op 21 maart begint. Dan gaat de zon bij ons, in Europa, op het noordelijk halfrond, door het lentepunt. Als de lente begint zijn de dag en nacht ongeveer even lang. Vanaf dat moment wordt het steeds langer licht. Daardoor is het ook warmer, want de stralen van de zon bereiken ons langer. Er is ook nog zoiets als de “meteorologische lente”. Die begint op 1 maart. Hoe seizoenen werken, kan je lezen als je op de link en het plaatje hieronder klikt.

Hoe ontstaan seizoenen eigenlijk? Klik op het plaatje voor een les over de seizoenen:

Tegenwoordig kennen we 4 seizoenen: lente, herfst, zomer en de winter. Dat is niet altijd zo geweest. Lang geleden, in de tijd van de Germanen, onderscheidden de mensen maar twee seizoenen: zomer en winter. Het woord “Lente” bestond toen dus nog niet. Dat woord is voor het eerst in het Nederlands opgeschreven in de 13e eeuw. Het is uit twee Saksische woorden gevormd. Uit “lengen”, dat “langer worden, betekent en uit het Saksische woord “sinteins”, dat “dagelijks” betekent. Een heel precieze omschrijving dus van wat er gebeurt: de dagen worden langer. Of misschien is het beter om te zeggen: het wordt steeds langer licht.

We noemen de lente ook wel “voorjaar”. In de 16e eeuw bedoelde men daar nog “vorig jaar” mee, maar tegenwoordig bedoelen we: vooraan in de levenscyclus. Als alles geboren wordt/ontstaat. In het Engels is “lent” nu ook nog een naam voor de vastentijd, die in de lente valt. In het voorjaar komen er blaadjes aan de bomen en wordt de wereld groener. Vogels gaan dan nestjes bouwen en ook andere dieren durven het aan om jongen te krijgen.

In de lente is het leuk om te werken met echte lentethema’s. Zoek op: Pasen, haas, kuiken, of kijk gewoon tussen het materiaal hieronder. Onderaan de pagina kan je meer lezen over de lente.

Filter op doelgroep
Filter op activiteit